woensdag 28 november 2007

Nep-Thais met quorn

Als ik even niet weet wat moet ik koken, begin ik soms met koolhydraten. Ik wou eigenlijk zo een spelt met bonensoep maken, daar koop ik gemengde zakjes van in Italie. Maar mijn vorraad was op. Dus een zak spelt en een reestje gedroogde, gepelde tuinbonen in een pan gedaan met veel water en een beetje zout, 1 laurierblad en een ui in tween gesneden. Deksel op en koken maar tot hij gaar was. Vanavonda ga ik er soep van maken.

Maa tja, terug uit de bio-markt, met een volgeladen bakfiets, even een kind van de creche geplukt tegen sluitingstijd, heb ik geen tijd (nog 2 vertalingen wachten op mij) om iets biologisch en verantwoord te verzinnen. Ik heb een bakje Quornstukjes nog liggen. Tijd voor Fusion.

Ingredienten:

3 eetlepels sesaamolie (de echte, niet de flavoured)
1 theelepel rode Thaise curry uit potje
1 prei
1 bakje quorn
1 rode puntpaprika
1/3 blik cocosmelk
Thaise vissaus naar smaak

In de olie los een lepeltje Thaise rode curry, doe er darna de prei in ringen gesneden, laat alles even bakken, voeg er de Quorn, en daarna nog de rode puntpaprika in stukjes. Je raad het al, ik begin de prei te snijden terwijl de curry pruttelt, dan ga ik de paprika snijden terwijl de Quorn fruit, dan meng ik alles en laat op smaak komen voor de tijd die nodig is om in de andere kamer een blikje kokos te gaan pakken, de spelt al op tafel te zetten, iets met de kinderen te doen, terug naar de keuken, even alles roerbakken, blik cocosmelk te openen etc. etc. even op smaak met de vissaus brengen, proefen, ja, nog even een minuutje pruttelen. Gewoon, relaxed, want het leven is al vanzelf een tranendal en ik had besloten om vanavond me niet te druk te maken. Intussen snij ik de tweede puntparika van een zakje van 2 dat ik gekocht had in stukjes, leg ik ze op een leuk groen schaaltje en breng ik het naar de kinderen, die groenten rauw lusten.

Als ik vermoed dat de roerbakschotel goed op smaak is gekomen, breng ik het aan tafel, leg ik op de boorden een schepje spelt met tuinbonen (maar het kan net zo goed een langkorrelig rijst zijn, of mie) doe ik er de roerbakschotel op, en eten we het met groot voldoening. De kinderen nemen genoegen met de spelt en tuinbonen en vleesballetjes van de IKEA, van de diepfries naar hun boord in 3 minuten magnetron.

Want een moeder heeft soms ook recht op een makkelijke avond.

zondag 25 november 2007

Vermijden als de pest

Nou, ik weet niet of jullie al een keertje over Pasta en Basta hebben gehoord. Ik wel. Eerst vaag, in de trant van: nieuwe tent met entertainment formule geopend. Leuk, die formules, in Italie hebben we ze bij mijn weten niet, dus altijd leuk om iets nieuws uit te proberen (ik had ooit in Zuidlaren bij het Ei van Columbus even gewerkt en viel van de ene na de andere verbazing: bedrijfsfeesten waar iedereen ZO uit zijn dak gaat, hebben we inderdaad in Italie niet. Maar ja, alles went na 13 jaar Nederland).

Italiaans eten geserveerd door opera-zingende personeel, zal wel. Maar het lijkt me teoretisch sterk dat of het eten, of de muziek, meer dan gemiddeld zijn. Maar leuk, gezellig, weer iets anders (ik pleit al jaren voor stille restaurants, maar de enige die er was, bij mij in de buurt, is verdwenen. Te ongezellig, vond de buurt).

Toen ging er mijn schoonmoeder toe, met een groepje collega's of hockeyclub, weet ik het even niet meer. En ze was razend enthusiast. En dat is verdacht.

Toen waren we bij een totale andere gala-gelegenheid, en kwam de eigenaar even met een onverwachte extra stukje entertainment, in de vorm van een blonde chicky, die bij hem in de tent zingt, en die onze voogerecht zou later laten serveren want eerst moest ze van zichzelf laten horen. En de chicky introduceert erg leuk haar optreden, dor ons te informeren dat ze de aria "Huppeldepup" van Verdi zou zingen. "Rossini" corrigeert mijn tafelgenoot, die een paar dingen over opera her en der opgepikt heeft (Radio 4 in de file, denk ik). En gelijk had hij, het was inderdaad Rossini.

Daar ging ik eindeljk een paar dagen geleden eten en netwerken met een grote Italiaans-Nederlands gezelschap. Voorgerechtenbuffet ligt in de grand piano, met deksel open (waarom moet ik opeens fantaseren over allerlei slapstick-situaties? Zoals gulzige gast die de laatste mossel in de hoek probeert te bereiken, die valt op het buffet met de deksel die met een klap op zijn rug valt. Terwijl de soprano "Ooooooohh lasciaatemi moooorir" op haar hoogte toon trilt. Zoiets.)

Ik elke geval, na de voorgerechten wordt ons Pasta met kip aangekondigd. En ik zie alle Italianen, net als ik, denken "Pasta met KIP?!" en de nooduitgang met de ogen zoeken. Maar we zitten vast aan de tafel voor grote gezelchappen, dus schenken we onszelf even nog een glaasje wijn voor de troost.

We krijgen een grote schaal, met iets enorm flauws erin. Meteen zout een peper gepakt. Enorm veel stukjes kip, met gedroogde tomaten, kaas geraspt op de grootste stand van de rasp, gehakte peterselie, nog wat troep die niks met elkaar te maken heeft qua smaak, en een paar verloren, stukgekookte penne ter decoratie.

Iemand aan de tafel ernaast maakt een grapje over Italiaanse dames die zo erg aan het lijnen zijn dat onze middenste schaal nog helemaal vol is. Heel attent vraagt tafelgenote of ze het misschien kan doorschuiven? Ook de lang in Italie wonende Nederlandse naast mij eet weinig pasta. En niet omdat het lijnen ons wat kan schelen.

Mar de avond is leuk, iemand anders betaald de rekening, dus ik hoef me niet op te winden over de verhouding prijs-kwaliteit, de dames en heren zangers waren heel aardig bezig, ook al dat pauzes verplicht aandachtich luisteren de conversatie geen goed deden.

En een van de dames zong erg leuk "Leather" van Tori Amos, een van mijn favoriete nummers. niet een opera klassiekers, veel beter dan dat. En zo was mijn avond deels gered. De vloek van Toetankhamon volgde pas later, thuis.

zondag 18 november 2007

Risotto alle pere, Sovrano e noci di Flavia

Gisteren was Flavia even in het land voor de opening van een kaaswinkel in Goirle, "Kaas en meer". Zoals altijd staat ze dan onvermoeibaar een hele dag te koken, mensen te voeden, altijd met haar lach en haar lekkere Italiaanse kazen. Zo hebben we elkaar leren kennen en zo zijn we een soort zussen geworden: zij de oude zus die ze, benjamin van een gezin van 5, nooit geweest is, ik, grote zus van mijn broer en de rest van de wereld, geniet van de rol van klein zusje. En het bevalt enorm, zo een rolwisseling.

We zijn ook geestverwanten in onze liefde voor koken en eten. Daarom dat ik haar ging halen in de Brabantse bush-bush (Goirle, of all places) voor een avondje Amsterdam voor zij weer naar Eindhoven moest om haar vlucht te halen.

"Kaas en meer" is een leuke zaak, met kazen, noten, chocolatjes en wijn. Zo eentje dat ik graag bij mij in de buurt zou willen. Maar ja, onze winkelcentum heeft alleen ruimte voor de basics (god zegene de biowinkel, sindsdien is er meer keuze in de tent).

Flavia stond haar risotto te maken en mijn driejarig jongetje had dit meteen in de gaten. Hij ging bij haar hangen tot hij zijn portie kreeg. Die wilde hij graag buiten eten, zittend op de stoep. En dan kwam hij terug, zei hij "Flavia è tutto buono" en prompt kreeg hij een tweede portie. Ik mocht ook de allerlaatste portie krijgen, en dit is een voorrecht: want, nadat de risotto gaar is, doet ze het in een halve, holle vorm Sovranokaas, die met de risotto hitte gaat smelten en het gerecht nog smeuiger maakt. En met de laatste portie hiervan, lepel je zo die opperste, zachte laagje kaas uit de vorm.

Nu zou je moeten vragen in koor: wat is Sovrano? Nou, sovrano is een soort parmezaanse kaas, die met 30% buffelmelk is gemaakt, ietsje vetter (daarom heeft het een zwarte omhulsel, de eigen korst blijft te zacht om de kaas heel te houden) dan koemelk. Wat de smaak alleen ten goede komt. Sinds Flavia met haar partner in crime Andre er mee bezig is, is sovrano ook in Nederland verkrijgbaar in de betere kaaswinkels.

Hierbij dus haar recept voor risotto met peren, walnoten en Sovranokaas.

Ingredienten:

1 ui, fijngesneden
4 eetlepels extravergine olijfolie
1 slokje witte wijn
4 espressokopjes vol met risottorijst (rondkorrelig, Carnaroli het liefste)
3/4 liter bouillon (desnoods uit blokjes, maar ja, wat is de lol hierin? Een lekker bouillon is toch zo gemaakt? Doe er veel in een keer en bewaar het in kleinere portjes in de diepvries, zo in een diepvrieszakje met ritssluiting)
1 peer, geschild en in blokjes gesneden
1 handjevol walnoten (pecan eventueel, voor de variatie)
geraspte Sovrano-kaas naar smaak
zout en peper

Hou bij de hand een beetje kokend water.

Fruit in extravergine olijfolie de ui enkele minuten in een pan met dikke bodem. Voeg een slokje witte wijn toe en laat het uitdrogen. Voeg de blokjes peer erin en de risotto-rijst, meng goed voor een paar minuten, zodat de risotto rondom bakt zonder aan de pan te plakken. Voeg een kleine soeplepel bouillon erin, meng goed met je houten lepel. Als de bouillon helemaal opgenomen is, voeg je weer een soeplepel, blijf je roeren en zo voort.

De hele kunst van risotto is om met veel geduld, stukje bij beetje, alle bouillon laten opnemen tot de rijst beetgaar is. Je ziet het ook aan het veranderen van de korrels. Eerst zijn ze bijna doorzichtig door de olie, langzaam aan nemen ze een wittere kern, die laagje voor laagje breder wordt, enzovoort. Net voor ze gaar zijn (dus nog een klein beetje doorzichtig) voeg je de walnoten toe. En is de risotto gaar, dan voeg je de geraspte Sovrano en ga je het onmiddelijk serveren.

Proef elke af en toe: het kan zijn dat op een zekere moment het risotto voldoende zout krijgt van de bouillon, dan kan je verder koken met heet water (dit risico heb je in Nederland natuurlijk nooit, mensen maken van die flauwe bouillonnetjes in het algemeen. Zo smaakt het voor de Italianenm tenminste. Doe je dit omdat je gelooft dat minder zout gezond is: hou rekening mee dat alle kazen heel wat zout bevatten. Dus geen zout in de bouillon en kookwater, en dan wel overdreven veel kaas erop, is zonde voor je zouthuishoding, maar vooral zonde van de evenwicht van smaken van deze combinatie).

Als de risotto gaar is, proef je even of zout en peper in orde zijn, en desnoods voeg je nog wat toe.

Zit iedereen al aan tafel? Een risotto die niet meteen geserveerd is, gaat zo verpieteren. Zonde van die 20 minuten roeren, toch? Want in Italie hebben we een spreekwoord om te zeggen dat iets meteen gedaan wordt en dat is: "Cotto e mangiato" oftewel: "Gekookt en gegeten". Dit geeft meteen de toon.

Daarom eten we in de keuken en daarom hebben we antipasti: het houdt de mensen aan tafel bezig tot het hoofdgerecht helemaal klaar is. En met de noten erin, hoef je ook al die nootjes vooraf niet te eten. Weer zo gezond.

Fred, zeg het tegen je klanten: bewaar die lekkere nootjes voor een avondje TV-kijken (tja, je moet ze toch verkopen), maar aub. geef ze bij de sovrano gelijk ook de walnoten en de witte wijn die daar goed voor is, en genieten maar. En nogmaals gefeliciteerd met je mooie winkel (en wil je ooit in Amsterdam en filiaal openen, ik ken wel een goede plek voor je).

vrijdag 16 november 2007

Paddestoelensoep

Vanavond heb ik echt geen zin om te koken, net zoals gisterenavond. Het wordt pizza, vrees ik. Maar gisteren heb ik toch een lastminute soep gemaakt die ook nog geweldig bleek te zijn, dus bij deze.

Ingredienten voor 4:

4 eetlepel olijfolie
1 ui, gesnipperd
1 pakje diepevriespaddestoelen (verse doet geen kwaad)
1 klein handjevol gedroogde eekhornjesbrood
bouillonpoeder naar smaak
water
1 laurierblad
peper naar smaak
1 toefje zure room op elke boord

Week de eekhoorntjesbrood in warm water. Fruit de ui in de olifolie tot hij glazig is. Voeg er de paddestoelen en de geweekte eekhoorntjesbrood, laat even fruiten, en voeg er 5 kommetjes water. Breng op smaak met de bouillon en peper, voeg er de laurierblad toe, en laat een 20 minuten koken met deksel op een kier.

Voor het serveren, haal de laurierblad uit, pureer grof met de stafmixer (de paddestoelen moet in snippers zijn, niet gepureerd), serveer in 4 soepkommen met een toefje zure room erop en genit ervan.

maandag 12 november 2007

Marmellata di zucca - Pompoenjam

Mijn schoonmoeder heeft dit jaar enorm veel pompoenen geoogst en ik heb er een hoop lekkers van gemaakt. Er bleven nog twee joekels over, dus met Monique aan de slag gegaan. Dit pompoenenjam is een eigen interpretatie (uit nood geboren) van een recept van Claudia Roden, wiens boek over de Mediterrane Joodse keuken ik nog niet heb (heb niks van haar, eigenlijk, en ook niks van Johannes van Dam, dus bij deze, Lieve Sint, je weet het nu wel).

Prik in de pompoen wat gaatjes met een vork en zet hem 10 minuten in de magnetron (onze pompoenen pasten er net wel, dus met kleinere exemplaren minder lang magnetronen). Dan zijn ze makkelijker om te halveren, met een lepel de zaadjes uithalen, en makkelijk te schillen. Weeg de schoongemaakte pompoenvlees en rasp het grof (de rasp van mijn keukenmachine is tot nu toe al 2 weer kapot, en ook mijn stafmixer, in het geval dat iemand dit aan de Sint nog wilt doorgeven. Tweedehands ook welkom). We hebben het dus met de hand geraspt (dat wil zeggen, Monique heeft het gedaan, ik was met pompoensoep bezig).

Dan neem je de helft van het pompoengwicht in suiker (rietsuiker voor ons), je meng het met de geraspte pompoen en laat je het 30 minuten marineren.

Daarna alles in een pan gedaan met wat kardemomzaadjes en een paar kruidnagels, en roeren maar met onder een gemiddelde vuur. Na een tijdje roeren (20 minuten ongeveer) het leek ons dat het geheel nog erg nat was en dat de suikersmaak te prominent aanwezig was. Dus hebben we even snel een paar appels en een halve kweepeer geschild (dat wil zeggen, Monique weer, want ik had betere dingen met de soep te doen) in blokjes gesneden en aan de jam toegevoegd. En jaahaaa, na ongeveer 10 minuten verder pruttelen en roeren (door Monique)alles zag prachtig uit. We hebben het in schone potjes gedaan, de deksels dichtgeschroefd en ondersteboven gelegd om af te koelen.

Intussen kreeg ik een net opgeruimde bovenplankje met glazenflesjes op mijn kop (een steuntje bleek los te zitten), de keuken was onder de splinters, de Goela Djawa en de azijn, (gelukkig was de jam al klaar en de soep had een deksel op) dus ik heb snel opgeruimd, een pizza voor het eten besteld, de Goela Djawa met de verspilde azijn uit de houten vloer gehaald en van de weeromstuit voor een paar dagen niet meer gekookt. Daarna was het sint Maarten en ik durfde weer de keuken in.

Dus ik zou zeggen: wil je zoiets maken, vergeet vooraal niet om Monique uit te nodigen, en laat die bovenplanken met rust. Opruiken maakt meer kapot dan je lief is.

Maar de jam is zooo lekker! De kinderen zijn er zo dol op dat ze zelf hun ontbijt klaarmaken met pompoenjam op cracottes. Vaker doen, dus.

Sint Maarten, dan wel op z'n Italiaans (1) Spezzatino voor Guy

Ik vier elke jaar sint Maarten, op z'n Italiaans, met kastanjes en (nieuwe) wijn. Dit vooral omdat ik last heb van winterblues en de eerste gure dagen me een beetje moedeloos maken. Een mooie feest organiseren is voor mij de manier om het huis een beetje op te ruimen, soms alleen maar nep (ik gooi alles in een doos, bijvoorbeeld, en die doos blijft vervolgens jarenlang rondslingeren), soms toch wel structureel (zoals dit jaar, ik heb de voorraadkast opgeuimd), en om te koken. En dan om een mooi feestje te vieren, met leuke mensen en een hoop rennende kinderen in huis. En mijn favoriet zijn de afterparty, diepzinnige of lichtzinnige gesprekken met die paar diehards die blijven om te helpen opruimen.

Dit jaar, op veler verzoek, zal ik de recepten een per een posten. Speciaal voor Guy, wiens complimenten ik echt ontroerend vond, begin ik alvast met de spezzatino, mijn runderstoofpot met aardappels.

Ingredienten voor 1 feest
10 eetlepels olijfolie, extravergine
2 kg. hacheevlees, in blokken (niet poulet, die is te klein, Gewoon, grote happen vlees, ze worden toch kleiner met koken)
500 gr. uien, grof versnipperd
1 kg. aardappels
500 gr. wortels
1 glas rode wijn
2 laurierbladjes
2 tenen knoflook
1 potje biologische tomatenpuree van de C1000 (4-5 miniblikjes)
water
zout n.s.
12 rode pepertjes

Dit heb ik allemaal gemaakt in de snelkookpan van de IKEA, maar met een beetje meer tijd en geduld lukt het ook in een gewone pan.

Warm de extravergine olijfolie in de pan op, doe er de uien in en laat enkele minuten fruiten. Doe er de vlees in blokken in, en laat ze dichtschroeien. Voeg nu de wijn en laat het uitdrogen. Daarna alle overige ingredienten behalve de aardappelen en de tomatenpuree, zoveel water dat alles op ietsje meer dan de helft ten onder staat, deksel op en laat koken tot de vlees gaar en zacht is. Voeg de aardappels en de tomatenpuree toe, proef naar zout en desnoods voeg er nog wat toe, en laat het weer koken tot de aardappelen klaar zijn. Serveer met brood om in de jus te dompelen, of met een gekookte graansoort of rijst.

Variaties: je kunt er ook paprikas aan toevoegen (laat dan de aardappels achterwege, of juist niet als je niet zonder kunt). ook jeneverbessen zijn lekker bij de kruiden.

woensdag 7 november 2007

Italiaanse ontbijtkoekjes - biscotti da latte

In Italie ontbijt je thuis met melk, koffie en koekjes. Mijn Nederlandse schoomoeder vindt het om te gillen, koekjes bij het ontbijt, maar heeft mij nooit echt kunnen overtuigen dat een boterham met pindakaas en hagelslag minder vet en gezonder is. Want de echte Italiaanse ontbijtkoekjes zijn droog en lijken meer op crackers, met maar heel weinig suiker erin (goed om met pindakaas of nutella te belegen). Zo niet deze koekjes. Ze zijn zacht, er zit boter in en weinig suiker, en je kunt ze altijd optutten met van die garneringen waar kinderen zo dol op zijn. Gewoon lekker.

Ingredienten:
500 gr. patentbloem
200 gr. gesmolten boter
180 gr. basterdsuiker
2 eetlepels creme fraiche opgelost in water
2 theelepels rijststroop (of gewoon honing)
1 zakje bakpoeder
1 zakje vanillesuiker

Alle ingredienten kort in keukenmachine tot een samenhangende deeg mengen, koekjes ermee maken (een balletje deeg geplet, of met vormpjes gesneden) op een siliconen bakplaat of ovenpapier leggen, al dan niet gedecoreerd met frutsels, en 10-15 minuten in voorverwarmde oven op 180 graad bakken. Ideaal vind ik koekjes die bijna 1 cm dik zijn (ietsje pietsje minder, eigenlijk) dan blijven ze lekker zacht binnen.

Maaaaaar: of moet je heel vroeg opstaan om ze te bakken, of verdwijnen ze toevallig tussen eten en slapengaan. Die bereiken het ontbijtafel nooit.

Stoofpoot van schenkel met abrikozen

Een goede slager is een geschenk. Zo ben ik heel blij met de afdeling slagerij van Genco aan de Javastraat. Een echte slager met echte lappen vlees, ribben, een bergje kalfsnieren en een andere van geitenballen, en een schaal bebloede lamskoppen. Heerlijk. Nou, de lamskoppen dan zullen niks voor mij zijn, maar mijn oma kon er erg van genieten. In tween gesneden, in een pannetje met een schetje wijn, olie en knoflook, het ging om de hersentjes, geloof ik. Over smaken valt niet te twisten, dacht ik toen.

Want laat maar hier eerlijk zijn, ik vind dat mensen moeten weten wat ze eten. Eet je vlees, fijn, dan weet je dat er een dode dier aan de basis staat, dus niet doen alsof een filet, zonder ogen, oren, botten, bloed, iets is dat uit een lopende band op magische wijze verschijnt. Dat filet is de minst smakelijke gedeelte van een dode dier, en ik vind het een belediging om het als hoogste goed goed te waarderen. (Maar over smaken, dat zei ik net, valt niet te twisten). Zorg eerder, met je koopgedrag dat die vlees eerlijk geproduceerd is, en dat je daar niet te vaak van eet.

Anders, je wordt vegan en daar is ook niks mis mee (hoewel, ik las ooit een science fiction verhaal over een planeet waar hoffelijk pratende runderen zichzelf in restaurant met vreugde oppofferden, nadat de klant ze levend goedgekeurd en besteld had, en waar ze zelf aangaven dat ze speciaal getraind hadden om hun achteste mager en gespierd te krijgen,enz.) En aan de vraag van de bezoeker van die planeet, die vol horror bij zo een verhaal zijn keuze voor sla wilde verdedigen "Ik mag toch voor een boordje sla kiezen? Wie zou daar tegen zijn" antwoordde "Nou meneer, ik ken heel wat soorten sla die daar alles tegen zouden hebben, maar het is uw keuze". Geestig, zo de rollen omdraaien. ieders zijn keuze, inderdaad.

Goed, die slager dan. Kijk, ik ken voortreffelijke slagers die alleen filetjes, liflapjes, voorgemarineerd en voorgekauwde poulet verkopen, maar van zo een slagersvitrine krijg ik geen ideeen voor een recept. Het lijkt me meer van hetzelfde, met de zelfde vervlakte smaak. Ik heb nou eens mijn beperkingen.

Bij Genco, andersom. Het deed me denken aan de slager van mijn kinderjaren in een dorp, waar halve runderen aan de haak in de winkel hingen, en die voor veel anatomische kennis hebben verzorgd. Gezond, dier- en milieuvriendelijke vlees, erg duur voor de koopkracht van die tijd, dus spaarzaam gegeten en ook nog educatief. Zo mag ik het hebben.

Ik zag iets dat ik nooit gezien heb: runderschenkel zonder bot in grote stukken, om te stoven. Thuis heb ik ze in blokken gesneden, heb ik ze in de snelkookpan met 3 uien voor 750 gr. vlees in olijfolie laten fruiten, cardamompeulen en een paar kruidnagels toegevoegd, zout, een handjevol gedroogde abrikozen en 1 lt. water, deksel erop en laten stomen, en na 30 minuten met de pan onder druk, uit het vuur gehaald. Heerlijk. Gisteren heb ik ze zo gegeten.

Vandaag heb ik de rest opgewarmd samen met gekookte linzen en als een soort soep opgelepeld. En ik ben helemaal blij. Ik hoef geen vlees meer tot volgende week.

donderdag 1 november 2007

Cotognata atipica: kweeperenjam met appels en pompoen

Grappig is dat: in Nederland is Kwee een peer, in Italie een appel: mele cotogne. Niks bijzonders, hoor, il cotogno is een soort wilde oerfruitboom die aan de basis staat van de vele appels en perenrassen die we tegenwoordig kennen. Of zo denk ik me te herinneren.

Kweeperen zijn prachtig: ze ruiken lekker, zet ze in een ladekast voor de geur. Ze hebben een mooie, grappige ronde vorm, inderdaad, een beetje tussen appel en peer. en je kan ze niet rauw eten, wat een beetje de regel voor mijn provisiekast is. Als iets eerst gekookt moet worden voor die gegeten wordt, dan laat ik me minder vaak verleiden door compulsieve eetaanvallen. Maar Luca heeft toch op een hongerige zondamiddag een kweepeer lustig gegeten. Het heeft geen effect gehad op zijn goede eetlust later bij het diner. Die peuter van mij, heeft echt een maag als een betonmolen.

Kweeperen en cotognata heb ik redelijk laat in mijn leven ondekt. Maar sinsdien is het maken van cotognata mijn persoonlijk ritueel om de herfst welkom te heten. In de loop van de jaren heb ik van alles verzonnen om deze karwei wat makkelijker c.q. sneller te maken, maar helaas: het duurt toch eventjes. Dit jaar heb ik een geniale idee gehad (al zeg ik het zelf) om het zeven na afloop te vermijden, of ten minste wat sneller te laten verlopen.

Punt is: de schillen en klockhuis van de kweeperen zijn essentieel voor de hoge pectinegehalte, maar niet eetbaar. Dus ooit kookte ik kweeperen in grove stukken tot ze stukkookten, en dan moest ik ze door een zeef halen om de jam eruit te halen. Nu niet meer. Een plakkerige, lange, lastige karwei. Nu doet het de sapcentrifuge voor me.

Onderstaande recept kan je zelf naar eigen smaak aanpassen en varieren met de ingredienten. Als er maar kweeperen en suiker in zitten.
Ingredienten:
kweeperen
suiker
kruiden (kaneel, of kruifnagels, of kardemomzaadjes)
1-2 citroenen (1 per 2 kg. fruit)

Dit jaar ook nog:

1 kg pompoen
2 kg versleten appels, waar mij kinderen mee gevoetbald hadden en die niet meer om aan te zien waren (licht donkere plekken)

Ik heb appels, kweeperen en pompoenen gewassen en in stukken gesneden, de pompoenen nog geschild, en uit de kweeperen en appels de klokhuis verwijderd en apart gehouden.

In de sapcentrifuge heb ik eerst de kweeperen gemalen. De sap heb ik in een grote, lage pan met dikke bodem gedaan, de pulp, samen met de klokhuizen, heb ik in een metalenzeef gedaan die in de kokende sap in de pan hangt. Pectine komt eruit, afval blijft erin om na afloop weggegooid te worden.

Daarna heb ik de appels en pompoen nog in de centrifuge gepureerd, sap en pulp zijn direct in de pan gedaan (deze pulp dus niet in de zeef). Ik heb alle sappen en de pulp goed gemengd, en aan de kook gebracht, samen met de kruiden en het citroensap (je zou voor de lol de schoongeboende, overgebleven citroen sament met de andere reestjes alsnog in de zeef doen). Daarna heb ik een halve kg rietsuiker toegevoegd (voor zo een totaal van 4-5 kg. fruit). Mijn devies is: koken en proeven, en eventueel toevoegen. Hou rekening mee dat de pasta verder indikt, en dus moet je rekening houden dat het nog zoeter wordt. Koken en roeren voor 45 minuten, of tot de fruitmassa uit de zijkanten van de pan loslaat.

Als je hier klaar mee bent kan je twee kanten op: jam, of snoepgelei. De jam doe je in schone potten met deksel, laat je ze onder kokend water 10 minuten steriliseren (met inhoud en deksel, uiteraard, of doe wat je zelf gewoonlijk doet om jam te bewaren) dan in de pan met water en allen laat afkoelen en klaar is kees.

Voor de gelei, doe je de massa 1,5-2 cm. dik, in siliconenvormpjes (minimuffins voor mij) of op bakpapiet op een grotere oveschaal (vierkante werken beter als je geen verdere gedoe wilt). Je laat het nog 3 uur indikken in oven op 75 graad (of minder lang in nog warmere oven, bijv. 160 graad) en als het stevig is, eruit halen, laat afkoelen en als je een grote plak hebt, kan je die in vierkantjes of andere vormen afsnijden, en bewaren in een blik. Ik serveer 1 van deze snoepjes op een minischoteltje bij thee, of gewoon als snoepje, of bewaar ik ze individueel in een papiercupje.